Want dit is uw lichaam

Groenpaars gekleurde donderwolken in de lucht. Het terrein van het landgoed: verlaten. Ze loopt naar de deur. ‘Heeft u een uitnodiging?’, is de vraag van een butler. Die heeft ze. Ze haalt een imitatie-perkament uit haar binnenzak en overhandigt het. ‘Treed binnen’, en met een galante beweging zwaait hij de deur voor haar open.

Een doolhof van gangen, maar uiteindelijk: zware houten deuren. Entree. Ze duwt ze open, en het spectaculaire feestgedruis knalt haar tegemoet. Een jonge vrouw naast de deur, haar lichaam slechts verhuld door fluorescerende bodypaint, overhandigt haar een glas champagne. Welkomstdrankje, Ter Ere Van. Ze pakt het aan, neemt de omgeving in haar op. Een balzaal, de duistere versie van Pride and Prejudice. In het midden een lege dansvloer, daaromheen een grote massa van bonte verklede figuren. De ene stijlvol als een vampier uit een Anne Rice-boek, de ander een weerwolf, nóg een ander een zombie die niets aan de verbeelding overlaat. De zaal kraait van plezier. Dan: black-out.

Een stem die overal vandaan lijkt te komen.
‘Dames en heren. Dit is uw avond. Eet smakelijk.’
Eet smakelijk. De zware houten deuren openenen zich weer en een praalwagen rijdt naar binnen, letterlijk en figuurlijk in vuur en vlam. Een lijkbleke man staat te stuiteren op een schuimrubberen taart met knalrode nep-bosbessen tussen de vlammen in. De deuren sluiten, openen zich weer. Een grotesque gedaante – is het een duivel? – staat op een stapel lijken en buigt naar het publiek. De deuren sluiten, openen. Nog een praalwagen. En nog een.

Een knal. Vlammen klimmen tegen alle muren op maar verspreiden zich verder niet de zaal in. Ze draait zich om, bewondert het spektakel. Krijgt blikken toegeworpen van een madame met hoog zwart haar met witte strepen, Frankenstreins bruid. Hongerige blikken. De opzwepende rockabillymuziek gaat langzaam over in een Weense Wals.

‘Dames en heren’, klinkt de stem weer. ‘Onze gasten zijn binnen. Zorg dat ze het naar hun zin hebben. Let us entertain them’, sluit hij af, met een kromme verwijzing naar het beroemde liedje.

Ze kijkt om zich heen en krijgt een dans aangeboden van een stijlvolle gedaante met een zwarte cape en een Venetiaans masker. Ze begint te dansen, ogen wijd gesloten en laat al haar gedachten varen. Een roes van kleuren, geuren, bewegingen. De aanwezigen nemen het advies van de gastheer ter harte. Een gulle glimlach tovert zich op haar gezicht, legt haar tanden bloot. De aanwezigen lachen mee.

In haar hoofd hoort ze vaag de stem van de gastheer. ‘Dames en heren. Uw carnaval, uw laatste keer om u te buiten te gaan. Doe wat noodzakelijk is.’ Ze voelt zich opstijgen, voelt hoe ze op handen wordt gedragen. Het gevoel van een xtc-pil maar dan tien keer beter, de roes is sterker dan ooit. Ze voelt dat haar kleren worden uitgetrokken en merkt nog net dat ze haar op een altaar leggen. ‘Want dit is uw lichaam’. Hongerig stort de menigte zich op haar.

Voor het eerst gepubliceerd op: http://www.schrijversgenootschap.nl/

Heel langzaam

Heel langzaam
Lach, lach naar me want
ik wil niet dat je nu al weggaat.
Geef me nog heel even de tijd om
je in m’n armen te sluiten
en te denken dat dit moment lang genoeg is.
Staar naar me, misschien met wat
verwarring en verbazing. En zeg me dan,
dat het prima is
dat we het helemaal voor elkaar hebben.
Dat jij en ik, dat zit wel goed zo.
Dat jij en ik, het is oke.
Want het is hier. Het is nu. Het is voor altijd.
Dansen we samen de toekomst in.
Slow-motion, reebruine ogen en ik smelt
terplekke in je armen.
Rustig maar, hese stem, maan me tot kalmte
iets met de hemel, de sterren en de maan.

MvK

Android Galaxy DX 400

De wachtkamer van de kaakchirurg. Theo gaat mee met Karel, want dat hoort zo. Karel kan het prima alleen af, maar als Theo mee wil zal hij hem niet tegenhouden, ben je gek. Theo heeft een wat vierkant gezicht, met een vriendelijke snor. Een licht buikje, maar dat mag op die leeftijd. Karel heeft een rond gezicht, met kleine oren en ogen die dicht bij elkaar staan. Karel is kaal. Als je hem niet zou kennen zou je denken dat hij geestelijk gehandicapt is. Maar dat is hij niet, Karel loopt gewoon ‘wat achter’.

Ze zitten naast elkaar in de wachtkamer. Theo laat niets van zijn zenuwen merken. Ben je gek, zenuwen, ik? Ik vind het goed zo. Ze zitten naast elkaar, met allebei een geconcentreerde blik naar hun Android Galaxy DX 400. Theo heeft er een aanwijsstokje bij. Karel niet. Het is stil in de wachtkamer. Een vrouw met een rustige baby, een blonde verpleegster die een Angolees verzoekt om naar de spreekkamer te komen.

Theo en Karel zitten nog steeds verdiept in hun Android Galaxy DX 400. Karel heeft een zwarte nette broek aan, met zwarte nette schoenen een Hawaï-overhemd. Theo en Karel scrollen – Theo mét aanwijsstokje, Karel zónder – over hun beeldscherm. Dat staat interessant. Theo vindt vooral het aanwijsstokje stoer, het laat zien dat je bij de tijd bent. Zijn vrouw zegt wel eens dat het een verlenging van zijn… hè nee joh, bah!

Karel ziet iets op het scherm van zijn Android Galaxy DX 400. Even kijkt hij op van zijn scherm.
“Heb jij nog gelezen over die transfer van PSV naar Feyenoord?”
“Mwah”, zegt Theo.
“Dat zal nog best tegenvallen in de competitie dan.”
Theo is weer verdiept in de beelden op zijn Android Galaxy DX 400.

“Meneer Karel de Wilde?”, vraagt een rondborstige Surinaamse verpleegster. “U mag meekomen.”
Karel staat op en loopt mee met de rondborstige Surinaamse verpleegster.
“Succes jochie”, zegt Theo tegen Karel.
Ondertussen is Theo weer verdiept in de beelden op z’n Android Galaxy DX 400.
Je moet toch meegaan met de moderne tijd.